De energiecoöperatie als versneller van de energietransitie

Energiecoöperaties die eigenaar zijn van wind- en zonneparken kunnen dankzij hun financiële slagkracht bijdragen aan het versnellen van de energietransitie. Daarover ging een sessie tijdens het RES-congres op 2 november in Utrecht. Uit de sessie volgen tips voor gemeenten om lokaal eigendom te stimuleren.

Algemene ledenvergadering van Betuwewind op 9 april 2022 (foto Betuwewind).

Tekst: Norbert Cuiper

Tips voor gemeenten

De roep om de energietransitie te versnellen wordt steeds luider. Hoe kan het proces worden versneld? “Eén van de manieren is om inwoners (mede)eigenaar te maken van zonne- en windprojecten in hun buurt,” zegt Els Holsappel, thematrekker bij NP RES, aan het begin van de sessie ‘Energiecoöperaties als versnellers van de energietransitie’. “Lokaal eigendom noemen we dat. Dat kan via lokale energiecoöperaties, met omwonenden als leden.”

Holsappel ziet in de praktijk dat zon- en windprojecten gerealiseerd in lokaal eigendom over het algemeen meer lokaal draagvlak hebben. “De opbrengsten gaan niet naar aandeelhouders, maar worden geïnvesteerd in de lokale omgeving. Met die investeringen leveren energiecoöperaties soms ook weer een versnelling van de energietransitie op. Bijvoorbeeld door bij te dragen aan de verduurzaming van woningen van hun leden of door de opwekking van windenergie te combineren met laadpalen voor elektrisch vrachtvervoer.”

Gemeenten kunnen het streven van minstens 50 procent lokaal eigendom niet verplichten, maar wel als randvoorwaarde opnemen in hun beleid voor duurzame energieprojecten, zegt Gerlach Velthoven, directeur van Betuwewind. “Belangrijker nog is dat gemeenten eerst de omwonenden of een lokale energiecoöperatie aan boord krijgen voordat ze beginnen met de procedure voor een vergunning. Eigendomsparticipatie behoort geregeld te zijn voordat het ruimtelijke traject start.” Dit geeft lokale initiatiefnemers een sterkere uitgangspositie ten opzichte van commerciële projectontwikkelaars.

Het wiel opnieuw uitvinden is onnodig. “Ik adviseer initiatiefnemers het succes van Betuwewind te herhalen en uit te breiden, zodat de rest van Nederland ook kan profiteren van lokale zon- en windprojecten,” zegt Velthoven. Frank Schoenmakers, penningmeester bij energiecoöperatie De Windvogel, heeft een vergelijkbaar advies aan gemeenten. “Laat je adviseren door collega-gemeenten zoals Amsterdam of Utrecht. En zoek contact met ervaren energiecoöperaties zoals De Windvogel voor hulp en advies, ook bij het opzetten van lokale coöperaties.”

Een zonnepark is sneller te realiseren dan een windpark, maar ook bij een zonnepark spelen diverse aandachtspunten. Hoe wordt het zonnepark landschappelijk ingepast? Kan de ruimte die het park inneemt, ook nog andere doeleinden dienen? Een voorbeeld is de Energietuin in Assen-Zuid, waarbij het zonnepark zowel een ecologische als educatieve functie heeft. Bedenk ook dat een zonnepark niet altijd direct kan worden aangesloten op het net. Volgens Bram Busstra van Duurzaam Assen is netcongestie de grootste bottleneck. Volgens hem kan dit worden opgelost met een lokaal net en/of batterijopslag. “We zijn dan minder afhankelijk van de netbeheerder.”

Wat is het grootste obstakel voor de energietransitie? Volgens Schoenmakers zijn er diverse obstakels, maar bieden de regels in Nederland teveel ruimte aan het indienen van bezwaren bij vergunningsprocedures, zoals ook in Vlaardingen gebeurt. “Zelfs als bezwaren ongegrond zijn, leidt dit soms tot anderhalf jaar vertraging. Het zou helpen als de bezwaren sneller worden beoordeeld. Dit speelt bij diverse ruimtelijke procedures. Als vergunningsprocedures korter kunnen zonder in te boeten op zorgvuldigheid zou ik dat van harte toejuichen.” Schoenmakers is ook blij met het voorstel van de Europese Unie om vergunningsprocedures voor de energietransitie te versnellen.

Hoe kan verzet tegen windprojecten worden verminderd? “Door bewoners eigenaar te maken van de projecten,” zegt Siward Zomer, directeur van Energie Samen. “Coöperatieve projecten worden sneller gerealiseerd en hebben een hogere slagingskans. Dat blijkt uit onderzoek van de Radboud Universiteit”, zegt Zomer. Volgens hem roept elk project weerstand op bij omwonenden, omdat het effect heeft op hun leefomgeving. Volgens Zomer is een fatsoenlijk proces en transparante communicatie van belang, zegt Zomer. “Weerstand ontstaat uit onzekerheid. Veel onzekerheid kan je wegnemen door bewoners vroegtijdig en goed te informeren over de plannen.”

Volgens Velthoven komt de weerstand bij wind vooral door de discussie over geluidsoverlast: omwonenden zouden ziek worden van het geluid van windturbines. Hij bestrijdt dat geluid de oorzaak van de gezondheidsklachten is, op basis van wetenschappelijk onderzoek. “We worden gevangen gehouden door deze argumentatie van tegenstanders zoals Windalarm, terwijl inmiddels al is bewezen dat het verhaal niet klopt. De meeste gemeenten hebben hier nog geen goed antwoord op.”

Gemeenten hebben in de Regionale Energiestrategie (RES) zoekgebieden aangewezen voor de opwekking van wind- en zonne-energie. Velthoven: “Dat zijn vaak gebieden met weinig inwoners, bijvoorbeeld langs snelwegen. Vaak zijn projectontwikkelaars als eersten erbij om de grond op deze plekken te bemachtigen. Eén van de voorwaarden is echter dat inwoners kunnen meedoen aan de projecten. Om deze participatie voor elkaar te krijgen moeten de projectontwikkelaars samenwerken met energiecoöperaties. De gemeente kan dit proces faciliteren en controleren, om ervoor te zorgen dat het goed komt.”

V.l.n.r. Siward Zomer, André Jurjus, Dennis Kerkhoven, Anniek Russel-Veefkind en Els Holsappel tijdens de sessie op het RES-congres (foto NP RES).

Hoewel de energietransitie urgent is, geldt ook het principe: zorgvuldigheid gaat voor snelheid. Dat geldt ook voor energiecoöperaties, zegt Velthoven van Betuwewind, één van de succesvolste energiecoöperaties in Nederland. “Wij zijn begonnen met drie vrijwilligers en moesten alles leren. Dat was niet erg, want het realiseren van een windpark duurt zo’n zes jaar. Mijn advies: neem de tijd om te leren en haal ondernemerschap en kennis in huis.” Ook kunnen energiecoöperaties samenwerken om dit voor elkaar te krijgen, zoals gebeurt in Drenthe.

Energiecoöperaties realiseren nu veel winst door de hoge energieprijzen, vertelt Velthoven. “Deze winsten geven we terug aan de 1100 leden van Betuwewind. Dit financiële voordeel trekt ook nieuwe leden aan. Ook willen we met het windpark stroom leveren aan omwonenden. Hierdoor krijgen ze een lagere energierekening. Daarnaast hebben we voor het windpark nu een te grote aansluiting op het net, waardoor we capaciteit overhouden. Dit willen we gebruiken voor het opladen van elektrische voertuigen, die nodig zijn voor de emissievrije dijkverzwaring van de Waal. Daarmee besparen we ook maatschappelijke kosten.”

Energiecoöperatie De Windvogel telt 3.500 leden en heeft al inkomsten uit windparken. Hierdoor is het in staat om startende lokale coöperaties te helpen met investeren, zoals dat gebeurt bij het Vlaardings Energie Collectief met een startkapitaal voor de bouw van twee windmolens. Dat vertelt Frank Schoenmakers, penningmeester van De Windvogel. “De Windvogel stapt als investeerder in en zal later haar aandelen weer verkopen tegen de nominale waarde. Als de winsten hoger uitvallen wordt dit deels uitgekeerd aan de leden en het omgevingsfonds. Het resterende bedrag komt in een reservepotje, waaruit energiebesparende maatregelen kunnen worden bekostigd, zoals radiatorfolie of dubbele beglazing bij omwonenden.”

Hulp van de provincie

Provincie Noord-Holland biedt ondersteuning aan energiecoöperaties en projectontwikkelaars.

Anniek Russel-Veefkind, vrijwilliger bij bewonersgroep Duurzame Warmte Enspijk

Anniek Russel-Veefkind kwam als jonge moeder met haar baby naar een informatieavond van de dorpskern Enspijk in de gemeente West Betuwe om te praten over plannen om woningen van het gas af te halen. “Het gaat om de toekomst van mijn kind en potentiële kleinkinderen,” zo motiveert ze haar stap tijdens een sessie op het RES-congres.

Naast haar werk en moederschap is ze vrijwilliger voor de bewonersgroep Duurzame Warmte Enspijk. Deze groep bewoners zoekt voor het dorp samen met experts het beste alternatief voor verwarming met aardgas. Aquathermie op basis van water uit rivier de Linge lijkt een logische keuze, zo blijkt uit een quick scan van de provincie Gelderland.

Tips van Anniek voor gemeenten
Anniek geeft de volgende tips aan gemeenten die burgerinitiatieven voor lokale duurzame energieprojecten willen stimuleren:

Still uit de film 'Energie Samen Rivierenland'

Filmpjes
Tijdens de sessie ‘Energiecoöperaties als versnellers van de energietransitie’ werden enkele filmpjes vertoond, als praktijkvoorbeelden van lokaal eigendom.

Deel deze informatie:
Naar bovenNaar boven