Zonneakkers Haarlemmermeer gaan voor omgevingsfonds

In Haarlemmermeer zijn zeven zonneparken in ontwikkeling binnen het ‘zonnecarré’. De parken met een concreet aanbod kiezen allemaal voor een omgevingsfonds waarvan omwonenden collectief kunnen profiteren, naast andere opties zoals obligaties en aanleg van recreatievoorzieningen. Dat zegt Vincent Bakker-de Bruin, beleidsadviseur energietransitie bij de gemeente Haarlemmermeer.

Visualisatie van 300 ha aan zonneakkers in het zonnecarré Haarlemmermeer, met de landingsbanen van Schiphol (bron: Tauw, Beeldkwaliteitsplan zonnecarré Haarlemmermeer).

Tekst: Norbert Cuiper

Een vierkant gebied met zonneakkers in de polders nabij Schiphol. Zo kun je het ‘zonnecarré’ in de Haarlemmermeer omschrijven. “Het zonnecarré kwam als zoekgebied voor de opwekking van duurzame energie als beste uit de bus,” vertelt Bakker-De Bruin, beleidsadviseur energietransitie. Om een rustig beeld te creëren en versnippering te voorkomen koos de gemeente voor één groot zoekgebied. Belangrijk argument: de omgeving van de landingsbanen kan niet voor andere doeleinden worden benut. “De zonneakkers worden zo ingepast dat ze zo min mogelijk opvallen. Hierbij gaat het ook om groene inpassing van de randen.” De zonneakkers worden veelal aangelegd langs de rechte wegen en kanalen, die zo kenmerkend zijn voor het polderlandschap dat ontstond na de droogmaking van de Haarlemmermeer in 1852.

Focus op zon
Het zoekgebied richt zich op zonne-energie, omdat windmolens in de buurt van Schiphol niet zijn toegestaan. Het zonnecarré valt binnen de groene zone rondom Schiphol, het zogeheten groene carré. In dit gebied zijn de zonneparken ruimtelijk goed te verdelen. “Ze zijn goed te clusteren,” zegt Bakker. Dit kwam ook naar voren tijdens het participatietraject voor de Regionale Energiestrategie (RES), waarin inwoners en raadsleden met ‘serious games’ duurzame energiebronnen in de regio verdeelden. Bakker: “Het alternatief was om zonneparken langs snelwegen aan te leggen, maar het was lastiger om hiervoor consistent beleid te maken. Bovendien zorgt dit voor meer versnippering.”

Geen vierkant meer
Het zonnecarré heeft haar vierkante vorm inmiddels kwijtgeraakt. Dat kwam omdat het zoekgebied is gewijzigd door de gemeente Haarlemmermeer, legt Bakker uit. “De gemeenteraad heeft een stuk aan de westrand bij Vijfhuizen uit het zoekgebied gehaald en een stuk aan de noordkant richting Zwanenburg aan het zoekgebied toegevoegd. Dat is gedaan om een initiatief voor een zonnepark bij Zwanenburg de ruimte te geven en om waardevolle bollengrond aan de westkant te sparen. Daarom hebben we nu een zonnecarré dat geen vierkant meer is.”

Hoe is het plan voor het zonnecarré ontstaan?

Bakker: “Voordat het plan voor het zonnecarré ontstond waren er al initiatieven voor zonneparken bekend bij de gemeente, zoals bij Zwanenburg. Er was duidelijk animo in de markt, maar er dreigde een wildgroei te ontstaan aan initiatieven voor zonneparken. Om de ontwikkeling te beteugelen wilden we eerst in kaart brengen hoeveel zonneparken we nodig hadden. Hiervoor bekeken we hoeveel duurzame energie we in 2050 moeten opwekken. Er zou 4.000 hectare aan zonneparken nodig zijn. Daar schrokken we van.”

Waarom schrokken jullie daarvan?

“Het was een immense ruimtelijke opgave. Nadat we ons achter de oren hadden gekrabd hebben we ons beperkt tot de lokale energievraag. Dat leverde 1.000 hectare oftewel 10 vierkante kilometer aan zonneakkers op. Dat was behapbaar. We stelden scenario’s op voor de ruimtelijke indeling en ontwikkelden een zonbeleid. Hierin staat waar zonneparken in het zonnecarré mogen worden geplaatst. Daarnaast zijn specifieke regels opgesteld over hoe de grote zonneakkers er binnen het zonnecarré uit moeten zien. Die regels zijn vastgelegd in het beeldkwaliteitsplan, waarin ook input werd meegenomen uit de participatie voor de RES.”

Hoeveel energie wekt het zonnecarré straks op?

“We gaan uit van 1 megawatt per hectare, dus voor 300 ha is dat ongeveer 300 MW. Dat is echt heel veel. Daarmee kunnen we 85.000 huishoudens voorzien van elektriciteit.”

Hoe snel gaat het met de ontwikkeling van de zonneakkers?

“Best snel. We hebben even afgewacht na de bekendmaking van de eisen en het beleid, maar al snel kwamen de initiatiefnemers met hun plannen. Op een gegeven moment dreigde een overschrijding van de 300 ha voor 2030. De zonneparken waarvoor vergunningen waren aangevraagd of waarvoor uitgebreide onderzoeken zijn uitgevoerd, hebben we opgenomen in de planning. Voor de andere zonneparken hebben we een loting gehouden, waardoor twee initiatiefnemers afvielen. Deze laatste twee hopen dat er ruimte vrijvalt, maar dat is tot nu toe nog niet gebeurd.”

Zonnepark bij Hoofddorp, opgeleverd in 2018 (foto Bas Beentjes/Provincie NH)

Wat als een zonnepark niet doorgaat?

“Die kans is er altijd, maar de huidige initiatiefnemers hebben goed nagedacht over hun plan voordat ze zich voor de loting inschreven. Zo hebben ze het bruto panelen-oppervlak opgegeven en niet het plan-oppervlak, waardoor ze bijvoorbeeld de leidingstroken al hebben weggelaten. Er zijn enkele ruimtelijke reserveringen, waardoor initiatiefnemers moeten overleggen met gemeenten over de periode dat de zonnepanelen op een bepaalde plek mogen liggen. Mocht die periode heel kort zijn, dan kan dit een reden zijn voor een initiatiefnemer om zich terug te trekken.”

Voor wanneer moeten de zonneparken worden gebouwd?

“Voor 2030. Zoals het er nu uitziet worden alle zeven zonneparken voor die tijd opgeleverd. Het exacte tijdschema hangt af van de vergunningsprocedures, maar de eerste initiatiefnemers gaan ervan uit dat ze in 2023 of 2024 kunnen gaan bouwen. Het zonnepark dat waarschijnlijk als eerste zal worden opgeleverd is de Groene Energiecorridor bij Zwanenburg. Dit park heeft al SDE-subsidie en een vergunning, en is nu heel druk bezig om de aansluiting voor elkaar te krijgen.”

Vormt netcongestie nog een belemmering voor de zonneparken?

“Niet voor 2030. Het probleem van netcongestie speelt hier wel, maar dan vooral op afname van elektriciteit, en minder voor het terugleveren aan het net. De zeven zonneparken krijgen allemaal een aansluiting op het net, al gebeurt dat waarschijnlijk afzonderlijk per park. De netbeheerder ziet liever dat de parken wordt geclusterd, zeker na 2030 wanneer netcongestie ook een probleem wordt voor zonneakkers. Het clusteren van de huidige zonneakkers is echter lastig, omdat die ver uit elkaar liggen.”

Zijn er plannen om zonneparken te combineren met landbouw?

“Er zijn geen concrete plannen om de ruimte tussen de zonnepanelen te benutten voor landbouw, maar er is wel onderzoek naar gedaan onder de titel ‘Nieuwe Horizon’, waarvan de resultaten onlangs bekend zijn gemaakt. Ook was hier tot en met zondag 10 juli een tentoonstelling over te zien in het Cultuurgebouw in Hoofddorp. Die toonde de mogelijkheden voor zonneakkers na 2030, zoals verticale panelen, meedraaiende panelen en verrijdbare panelen. Er zijn dus diverse manieren om zonne-energie in de toekomst te combineren met landbouw.”

Hoe verloopt de financiële participatie in het zonnecarré?

“Voor de initiatiefnemers is financiële participatie via obligaties of aandelen het meest aantrekkelijk, omdat dit eenvoudiger is om voor elkaar te krijgen. Deelname kan ook via een lokale energiecoöperatie, zoals Zon op Haarlemmermeer. Dat is een lokale energiecoöperatie die samenwerkt met een initiatiefnemer van een zonnepark. Initiatiefnemers vinden het echter lastig om risicodragende deelname van inwoners toe te laten.”

Waardoor komt dat?

“Dat komt door de onzekerheden bij dit soort projecten en komt ook terug bij de voorwaarden, zoals voor de SDE-subsidie of financiering door banken. Het is voor initiatiefnemers aantrekkelijker om een energiecoöperatie op een later moment te laten instappen, als de risico’s zijn verminderd, al hangt daar ook weer een lager rendement aan vast. Dus afstemming is nodig tussen initiatiefnemers en deelnemers over het moment om in te stappen. Wij willen dat die mogelijkheid wordt geboden.”

Hoe profiteren omwonenden van een zonnepark?

“Tot nu toe kiezen alle zonneparken met een concreet aanbod voor een omgevingsfonds. Dit biedt collectief voordeel aan omwonenden, via een financiële injectie van duurzame of maatschappelijk projecten in de buurt. Initiatiefnemers kijken voor het beheer van zo’n fonds vaak naar lokale partijen, zoals een dorpsraad of een andere club, dat akkoord kan geven over financiering.”

Zijn er nog andere voordelen van een zonnepark?

“Initiatiefnemers leggen zelf vaak de nadruk op lokale werkgelegenheid. Zo kunnen ze het beheer en onderhoud van het zonnepark uit laten voeren door lokale partijen. Er zijn zelfs initiatiefnemers die een educatief programma koppelen aan het zonnepark, om mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt op te leiden tot bijvoorbeeld onderhoudsmonteur.”

Hebben we de boeren nodig voor zonneparken?

“Ja, agrariërs komen met initiatieven voor de aanleg van zonneparken op hun landbouwgrond. Boeren kunnen daar flink aan verdienen. Maar agrariërs investeren zelf ook in zonneparken, zoals bij de Groene Energiecorridor in Zwanenburg. Het idee voor dit park is al jaren oud en kende veel weerstand, maar de drie agrariërs hebben doorgezet. Het is best stoer dat ze dat hebben aangedurfd gezien de financiële risico’s. Ook hebben ze het plan aangepast nadat ze de omgeving uitvoerig hebben betrokken. Ook dat is lovenswaardig.”

Naar bovenNaar boven