Noord-Holland prioriteert energieinfra-projecten
Provincie Noord-Holland brengt met Liander, TenneT en gemeenten projecten in kaart die van regionaal belang zijn om de knelpunten in de elektriciteitsnetten op te lossen én om het energiesysteem van de toekomst te realiseren. Dit is vastgelegd in een meerjarenprogramma (pMIEK). Beleidsadviseur Joop Klinkhamer van de provincie beantwoordt vragen over het pMIEK.
Tekst: Norbert Cuiper
Wat is het pMIEK?
“Het pMIEK staat voor het provinciaal Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat. In het programma staan regionale projecten op gebied van energie-infrastructuur die komende jaren bovenaan het prioriteitenlijstje van de provincie staan. Alle provincies maken een pMIEK. Deze vormen input voor de investeringsplannen van de netbeheerders. Er is nu een pMIEK voor Noord-Holland Noord en een pMIEK voor Noord-Holland Zuid. Bedoeling is om bij de volgende ronde in 2025 een pMIEK te maken voor Noord-Holland als geheel.”
Waar dient het pMIEK voor?
“Het pMIEK geeft sturing aan de regionale infrastructurele projecten op gebied van energie. Dit moet de grootste knelpunten in de elektriciteitsnetten oplossen en netcongestie in de toekomst voorkomen. Het gaat om projecten waar al aan gewerkt wordt, maar ook om projecten die in een voorverkenningsfase zitten. Deze laatste projecten zijn van belang voor ons toekomstige energiesysteem. Hierbij gaat het niet alleen over elektriciteit, maar ook over warmte en waterstof. In het uitvoeringsprogramma van het pMIEK zijn afspraken gemaakt over hoe deze projecten uitgevoerd gaan worden. Om grip te houden op de uitvoering en om eventueel bij te sturen worden de projecten jaarlijks gemonitord.”
Hoe is het pMIEK tot stand gekomen?
“Noord-Holland is de eerste provincie die begon met het maken van een pMIEK. Dit heeft de provincie gedaan op basis van energievisies als richtinggevende kaders. Het Rijk vroeg alle provincies om in het voorjaar van 2023 de pMIEKs op te leveren. Dat vormt input voor de investeringsplannen van de netbeheerders, die in de tweede helft van dit jaar worden opgesteld.”
Wat houdt de pMIEK-status van een project in?
“Dat houdt in dat het een project belangrijk is voor de regio. De regio en de netbeheerders geven deze projecten prioriteit bij het opstellen van de investeringsplannen. Deze projecten krijgen daarmee voorrang in de uitvoering. Ook staat in het pMIEK wie de trekker van het project is. Verder wordt het project gemonitord, om in de gaten te houden of de voorbereiding en uitvoering volgens planning gaat.”
Kan je enkele projecten noemen die in de pMIEKs van Noord-Holland staan?
“Ja, bijvoorbeeld de aanpassing van het 150/50/10 kV-station in Anna Paulowna, de uitbreiding van het 150/50/10 kV-station bij Oterleek, en de bouw van een nieuw 380 kV/150 kV-station rond Amsterdam Zuidoost op de lijn Diemen-Breukelen. Bij elektriciteit gaat het meestal om transformatorstations. In de pMIEKs van Noord-Holland staan ook enkele waterstof-projecten, zoals de aansluiting Den Helder op het nationale waterstofnet, het waterstofdistributienet voor het Noordzeekanaalgebied, en de elektrolyser van 500 MW in Amsterdam Westpoort.”
Het nog te realiseren 380 kV-station bij Middenmeer staat niet in het pMIEK. Klopt dat?
“Ja. In het pMIEK gaat het om regionale projecten. Projecten die onderdeel uitmaken van het landelijke energiesysteem, zoals de bouw van 380 kV-stations zoals in Middenmeer en de aanleg van hoogspanningsverbindingen, staan niet in het pMIEK. Ook transformatorhuisjes in woonwijken ontbreken in het pMIEK omdat die onderdeel uitmaken van het lokale elektriciteitsnet. Het pMIEK geeft dus geen totaaloverzicht van alle projecten in de provincie. Er gebeurt meer. Maar met het pMIEK proberen we wel meer grip te krijgen op de regionale projecten die huidige, maar ook toekomstige, knelpunten in het energiesysteem kunnen oplossen.”
Kan het pMIEK de uitvoering van de RES beïnvloeden?
“Er is zeker een wisselwerking. De RES (Regionale Energiestrategie) gaat over opwekking van wind- en zonne-energie, de pMIEK over transport en opslag van energie. Het niet kunnen aansluiten van projecten remt de uitvoering van de RES. Het pMIEK is heel belangrijk om de doelstellingen voor opwekking van energie, ook in de toekomst, te kunnen realiseren. Voor het opstellen van pMIEKs hebben we energievisies gemaakt. De RES wordt daarin meegenomen, zodat ook het toekomstig aanbod van energie wordt meegenomen in de analyse van het toekomstig energiesysteem.”
Speelt participatie een rol in het proces voor de pMIEKs?
“Ja. We stellen de energievisie en pMIEK op samen met gemeenten en netbeheerders. Ook stakeholders die bedrijven en burgers vertegenwoordigen worden nauw betrokken. We zoeken naar manieren om burgers te betrekken, maar dat vraagt veel kennis omdat het energiesysteem, energie-infrastructuur en netcongestie ingewikkelde onderwerpen zijn. Gedeputeerde Staten stellen de Energievisie en de pMIEK vast, maar gemeenten, netbeheerders en stakeholders worden nauw betrokken bij het opstellen en kunnen voordat de stukken definitief worden een reactie geven. Alle gemeenten staan inmiddels achter de werkwijze voor het pMIEK. Bewoners worden betrokken op het moment dat de uitvoering van projecten hierom vraagt en projecten heel concreet worden.”
Wat verwacht je van het pMIEK in 2025?
“De ontwikkelingen in het energiesysteem gaan enorm snel. Ik hoop dat we in 2025 nieuwe projecten in het vizier hebben die noodzakelijk zijn voor het energiesysteem van de toekomst en dat de huidige projecten een stap verder zijn gekomen. “