Regieroute RES Noord-Holland: Samen koers houden richting 2030

De energietransitie vraagt om samenwerking, daadkracht en duidelijke afspraken. In Noord-Holland werken gemeenten, provincie en waterschappen samen aan de uitvoering van de Regionale Energiestrategie (RES). Maar wat als de voortgang stagneert? Daarvoor is de Regieroute RES ontwikkeld: een procesmatige aanpak om gezamenlijk tot oplossingen te komen wanneer het realiseren van het RES-bod in gevaar komt. In het najaar van 2025 is de regieroute vastgesteld.

Waarom een Regieroute?

De Regieroute is door de RES-partners gezamenlijk opgesteld naar aanleiding van een motie van Provinciale Staten (februari 2025), waarin werd gevraagd om een escalatieplan voor het geval het RES-doel uit zicht raakt. Het doel: zorgen dat de samenwerking blijft functioneren, ook als het spannend wordt. De route biedt een helder proces voor overleg, besluitvorming en – indien nodig – provinciale interventie.

Het uitgangspunt is altijd: eerst het goede gesprek. De stuurgroep RES speelt hierin een centrale rol en bepaalt wanneer en hoe het proces van de Regieroute wordt ingezet. Als overleg geen oplossing biedt, kan, indien nodig, de provincie het besluit nemen om in te grijpen.

Uitgangspunten van de Regieroute

De Regieroute is gebaseerd op de afspraken uit het Klimaatakkoord en het vastgestelde bod in RES 1.0 voor Noord-Holland Noord (3,6 TWh) en Noord-Holland Zuid (2,7 TWh). De bevoegdheden van gemeenten, provincie en waterschappen blijven ongewijzigd. De kernprincipes zijn:

  • Realisatie van het RES-bod in 2030

  • Uitvoering van zoekgebieden voor zon- en windenergie

  • Gemeenten nemen verantwoordelijkheid voor hun aandeel in het RES-bod

  • Geen afschuiven van opgaven tussen deelregio’s/RES-partners

  • Transparantie, maatwerk en duidelijke deadlines

  • Alleen inzetten bij bestuurlijke en politieke belemmeringen, niet bij technische onmogelijkheden

  • Er wordt rekening gehouden met wat er in de gemeente/deelregio al is gerealiseerd

Monitoring als kompas

Om te bepalen of het RES-bod haalbaar blijft, wordt voortgang gemonitord via:

  • De jaarlijkse update van de RES-kaart, met inzicht in de potentie van zoekgebieden

  • De uitvoeringsmonitor RES (3x per jaar), met inzicht in voorgang van de projecten en realisatie van het bod.

Op basis van deze gegevens beoordeelt de stuurgroep of actie nodig is. Er zijn twee situaties waarin de Regieroute kan worden ingezet:

1. Onvoldoende potentie in zoekgebieden

Als blijkt dat de bestaande zoekgebieden niet genoeg opwekcapaciteit bieden om het RES-bod te halen, volgt een proces in zes stappen:

  1. Constatering in de stuurgroep: Er is onvoldoende potentie. Welke actie en welk gesprek is nodig?

  2. Het goede gesprek: Met betrokken partijen over mogelijke oplossingen en hulp.

  3. Terugkoppeling in stuurgroep: Zijn er oplossingen in beeld? Zo nee:

  4. Brief aan college en raad: Met oproep tot actie. (De provincie of waterschap kunnen ook aangesproken worden). Bij uitblijvende actie:

  5. Gesprek met provincie en gemeente(n): Afspraken over te maken acties en mogelijke vervolgstappen. Bij uitblijvende actie:

  6. Provinciale juridische interventie: Bijvoorbeeld toevoegen van zoekgebieden, of inzetten bevoegd gezag d.m.v. projectbesluit.

2. Uitvoering komt niet van de grond

Wanneer er wél voldoende potentie is, maar projecten komen niet tot uitvoering, verloopt het proces vergelijkbaar:

  1. Signalering in de stuurgroep: Welke projecten lopen vast? Wat is het probleem, wat is nodig?

  2. Het goede gesprek: Met betrokken partijen over mogelijke oplossingen en hulp.

  3. Terugkoppeling in stuurgroep: Zijn er oplossingen in beeld? Zo nee:

  4. Brief aan college en raad: Met oproep tot actie. (De provincie of waterschap kunnen ook aangeschreven worden). Bij uitblijvende actie:

  5. Gesprek met provincie en gemeente: Afspraken over te maken acties en mogelijke vervolgstappen. Bij uitblijvende actie:

  6. Provinciale juridische interventie: Bijvoorbeeld inzetten bevoegd gezag d.m.v. projectbesluit.

Rol van de provincie

De provincie kan verschillende instrumenten inzetten om de voortgang te waarborgen:

  • Actiever provinciaal beleid: Bijvoorbeeld meer ruimte voor zon- en windenergie in beleid, of stimulering door uitvoeren plan-MER, extra capaciteit of subsidieregelingen inzetten.

  • Bevoegd gezag inzetten (projectbesluit): Bij windprojecten (15–100 MW),  zonprojecten (50–100 MW)

  • Overdragen bevoegd gezag van gemeente naar provincie: Bijvoorbeeld het onderdeel zonne-energie bij gecombineerde zon+wind projecten, of bij samenhangende projecten in meerdere gemeenten.

  • Overnemen bevoegd gezag van gemeente: Bij provinciaal belang, bijvoorbeeld meer sturing op de energievoorziening.

  • Zoekgebieden toevoegen of wijzigen: Bijvoorbeeld op basis van de energievisie of plan-MER.

  • Afwijken van gemeentelijke besluiten: Bijvoorbeeld besluit nemen om het schrappen van zoekgebieden niet over te nemen.

Deze stappen worden alleen gezet als het echt nodig is en altijd in overleg met betrokken partijen.

Processtappen in de praktijk

De voortgang van de uitvoering van de RES wordt drie keer per jaar besproken in de Stuurgroep RES, voorafgaand aan het Bestuurlijk Overleg Energieregio. Gemeenten zorgen dat hun RES-viewer actueel is, zodat de voortgangsmonitor betrouwbare input biedt. De Stuurgroep bepaalt vervolgens of het proces richting Regieroute nodig is en welke maatwerkstrategie wordt gevolgd.

Conclusie: Samen koers houden

De Regieroute RES is geen checklist, maar een gezamenlijke routekaart. Het doel is niet om te escaleren, maar om te voorkomen dat het nodig is en met elkaar het goede gesprek te voeren over oplossingen en acties. Door monitoring, overleg en duidelijke processtappen blijven gemeenten, provincie en waterschappen samen koers houden richting 2030. Want alleen samen maken we de energietransitie waar.